Pas op voor de kat in de modderpoel,
pas op voor de kat, pas op voor de kat.
Met mijn hond Kaat
ga ik heel graag op pad.
In ‘t Bergse bos neemt hij
vaak een modderbad.
Met m’n vader loop ik er naar toe,
onderweg staan we stil.
Hij was aan ‘t springen
in de modder, ja.
Tijdens het spel,
ging ik hem achterna.
Hij trok me met zijn
halsband mee naar benee
Oh jee oh jee oh jee
Aan de andere kant van de modderpoel,
waren katten aan’t blaffen:
‘t gaf een heel raar gevoel.
Mensen liepen op handen,
‘t vuur was kleddernat.
Water was aan ‘t branden
Pas op voor de kat.
Yèh, yèh, yèh, yèh, yèh.
Pas op voor de kat in de modderpoel,
pas op voor de kat, pas op voor de kat.
|