23 juni 2016
H.J.A Hofland
Henk Hofland was van de generatie van mijn ouders. Hij had, net als mijn moeder, het bombardement op Rotterdam, 14 mei 1940, meegemaakt. Dat was niet niks. Waanzin, gekte, aardbolbewonerskrankzinnigheid. De oorlog was nog maar net begonnen. Het is een onderwerp waar mijn vader wekelijks boeken over bleef aanschaffen. Hun levenshouding was daardoor denk ik vol humor, als tegenwicht voor die nare oorlogstijd en de karige jaren 50 waarin moeder bezoek kreeg van nare figuren die haar eerstgeborene (mijn broer) controleerden. Ze haatte dat, ze walgde van bemoeizucht.
Heer Hofland lezen is thuiskomen. Heer Hofland lezen is je gesteund voelen in een wereld vol opportunisten.
Natuurlijk zijn mensen vrij om te kiezen, ook al hoor je vaak de dooddoener:’Het is nou eenmaal zo, ja ik kan niet anders, brood op de planken, het geldt voor alle mensen, we moeten ons allemaal aanpassen.’ Ik weet niet hoe het met uw bloed is maar de mijne gaat van die uitspraken koken. Natuurlijk maak je het niet te bont en houd je rekening met de anderen, maar manieren van levens zijn vrij. Dat is een recht. Daar dien je respect voor op te brengen. Voor die andere manieren. Daar eis je respect voor op. Daarin laat je je stem horen.
Tot schaamte moet ik bekennen dat ik nog geen enkel boek van Henk Hofland heb gelezen. Wel (te weinig) columns. Tegels lichten zal het eerste exemplaar worden. De kleren van de kiezer bestaan voor Henk uit letters en leestekens. De geur: New York.
wordt vervolgd,....
|